Niet langer agressief

Florent Waesberghe (schuilnaam) worstelt met zijn agressief karakter. Zijn vrouw kan het niet meer aan en dreigt met scheiding. De criminaliteit ligt op de loer als een vroegere kameraad hem een verleidelijk aanbod doet. Florent belandt in een crisis en smeekt God om hulp. Daarna ontmoet hij een man en een vrouw die hem bijzondere dingen vertellen.

lijn_keerpunt.gif (1634 bytes)

Agressieve man
Ik was reeds 12 jaar gehuwd met een meisje dat van huis uit een diep verwond hart had. En ik was op zoek naar een uitkomst voor mijn zeer moeilijk karakter. Het was een probleem, want ik wist wel dat ik een gewelddadig mens was, maar ik kon mezelf ondanks mijn vele proberen niet veranderen. Hoe ik ook maar mijn best deed.

   Hoe kan dit nu, dacht ik. Ik hou van mijn vrouw. En toch, als mij iets niet aanstond of ik kreeg tegenwind van haar, dan liet ik haar alle hoeken van het huis zien. Nee, ik begreep mijzelf en mijn handelen niet. Maar toch had ik er nadien een enorme spijt van en kwam de vraag terug: "Waarom?" En daarom vroeg ik haar iedere keer om vergeving voor wat ik gedaan had en beloofde ik mijn vrouw keer op keer dat het niet meer zou gebeuren. Maar ook al had ik voor mezelf goede voornemens, het bleef maar voortduren, iedere keer opnieuw. Tot het me op een gegeven moment werkelijk de neusgaten uitkwam.

   Ik heb twee mooie kinderen, dacht ik, maar moeten die nu zien hoe het niet moet in een huwelijk? Kunnen ze nu niet beter opmerken hoe het wel moet gaan, in een huwelijk met liefde? Maar waar is die echte liefde die ik voor mijn huwelijk had dan? Hier in dit huis is die niet meer te bespeuren!

   Het sleepte voort en van het een kwam het ander. Ook in de intieme relatie liep het daardoor totaal verkeerd, met als gevolg nog meer ruzie en meer geweld. Het ging haast iedere keer van mij uit. Allerlei uitspattingen, tot gruwelijke dingen in Gods ogen, waren weer het gevolg. Ik wist dat ik verkeerde dingen verlangde.

   Dat er een God bestond geloofde ik in zekere mate. Ik was katholiek groot gebracht. Daar ik al een paar keer een pastoor een bijbel had gevraagd en niet meer bekomen had dan brutale antwoorden, had ik dat geloof opgegeven en was ik tussendoor op zoek gegaan. Van toen af geloofde ik dat 'de bom' enkel nog kon vallen zowel in als buiten mijn huwelijk. En foert wat maakte het nog uit, want dan zou alles toch afgelopen zijn.

   Ik dacht: voor die tijd kan ik nog best wat van het beetje leven dat ons nog rest genieten vooraleer die valt. En alsof ik het niet opmerkte, werd het alleen maar erger en erger in mijn huisgezin. Zodat mijn vrouw op een dag mijn apenkuren moe werd en… Het zo niet meer verder aankon en er zeer ernstig met een echtscheiding dreigde. Waar ze naderhand gezien groot gelijk in had!

Verleidelijk aanbod

   Op een dag in het begin van de maand juni 1985 kwam er een brief vanuit een andere streek. Het was eigenlijk een vraag om eens een vroegere kameraad van mijn vroeger werk te bezoeken. Een paar heerlijke dagen namen wij de auto en gingen er naartoe. Na veel grapjes vanuit het verleden opgehaald te hebben was het ijs weer snel gebroken, en vroeg m'n gastheer of ik geen zin had om zijn tuin eens te bekijken'. Dus wij naar achter terwijl de vrouwen aan een koffieklets begonnen over naald en draad en de haast even oude kinderen.

   Hij stempelde al jaren. Familie die hem kond steunen had ie niet. Hij en zijn echtgenote huisvrouw waren beiden alcoholverslaafd. In de tuin aanbeland begreep ik het niet goed. "Een mooie tuin,"  zei ik hem,  "maar hoe heb je dat betaald, met potscherven?"  Hij bleef het antwoord schuldig. Daarop vroeg hij mij mee om zijn schuur in te gaan. Plots liet hij mij een paar wapens zien en antwoordde mij: "Hiermee? Geen zin om mee te doen? Ik weet al jaren dat je een zwaar geval bent en wij hebben dringend een goede chauffeur nodig, en eentje die geen angst kent?"

   Mijn zwijgen had hij vertaald als: "Wat verdient het?" Daarop legde hij mij alles uit wat hij van plan was. Ik vroeg hem wat tijd om daarover na te denken. Een post, een juwelier en een bankoverval, met wellicht een miljoenenbuit, dat is geen klein bier, maar het was ook zo een verleidelijk aanbod. Ik droomde in stilte al van een heerlijke, heel lange vakantie op een tropisch eiland ergens in de middellandse zee. Maar er was een klein stemmetje dat zei: "Nee niet doen!" Maar wat maakte dat stemmetje mij nu uit? Ik legde het 't zwijgen op en droomde verder van zon, zee en een sneeuwwit strand. Heerlijk toch? "En een paar onschuldige doden?" zei dat stemmetje weer.

   Nadat wij weer thuis waren, heb ik er de hele nacht niet meer van kunnen slapen. Tegen de ochtend was ik om 4 uur al weer op. Mijn vrouw kwam naar beneden en zei: "Wat scheelt er met u, kan je niet slapen?" Toen vertelde ik haar wat die vroegere vriend aan mij had voorgesteld.  "Dat ga je toch niet doen hé?" vroeg ze geschrokken. "Nee, ik denk het niet… Maar het is wel een… ach wat! Als jij nee zegt, wel, dan is het voor mij ook nee!"

   Doch ik had mijn twijfels. "Als ik niets laat horen dan gaan ze daar wel iemand anders voor zoeken en dan vallen er zeker doden of zwaar gewonden, ik ken hem! Die gaat eerst zuipen voor hij eraan begint; zeker weten!" zei ik haar.
"Ga eens naar de …. en vraag daar eens wat inlichtingen?" zei ze mij.
"Ben je gek? Waarom?" was mijn antwoord.
"Misschien. Maar eigenlijk is het geen slecht idee van mij, ook al zeg ik het zelf. Ik weet het niet hé, maar… je kunt hen toch iets doodgewoon vragen? Bijvoorbeeld in verband met uw banden?"
"Dood - gewoons hé? Hmmm…" En verder kon ik er niets tegen inbrengen.

   Toen ik op dat bureau binnenging stond ik toch maar raar te kijken! Ik stelde aan het loket een heel onnozele vraag. Toen er eentje voorbij kwam herkende hij mij. En deze vroeg: "Ha Florent? En hoe ging het gisteren met de ….  Is hij nog altijd van plan om die heel domme dingen te doen?" Hij bleek alles al te weten. Verder vroeg hij: "Of ik zo stom was om daaraan mee te doen?" Maar na een kort vragenspel van hem en toen ik vernam dat ze alles al wisten versprak ik mij. Ze hoorden welke wapens ik gezien had en wat ik er persoonlijk van vond. Ze hebben alles genoteerd en ik kon gaan.

Crisis

   In het terugrijden werd ik zo aangevallen dat het niet draaglijk meer was. Mijn gevoel liet me niet meer met rust, want wat moest ik nu van mezelf denken? Ik vond mezelf plots een geweldige grote lafaard, een smerige verrader, een afvallige. Zo dacht ik dat ik mijn beste kameraad zomaar verkocht, ja uitgeleverd had om op een wit blaadje met hen te staan.
In mijn hoofd kwamen deze gedachten plots in een razendsnel tempo opzetten: "Weet je wat jij veel beter kan doen? Je kunt veel beter in het kanaal springen... Want ho, ho, als die er achterkomt dat jij alles verklapt hebt, wat gaat er dan met u gebeuren als die vrijkomt? Wedden dat hij dan uw vel van het lijf afstroopt? En als hij je goed te pakken krijgt dan zal het je beste dag nog niet geweest zijn... Je denkt toch niet dat die …. gaan doen wat ze gezegd hebben hé ? Dat die zwijgen? Misschien lappen ze u er wel bij? Dat betekent voor hen toch alleen meer promotie? Nee jonkie, je kunt er beter zelf een einde aan maken. Je hebt toch een goede levensverzekering? Wel je vrouw en je kinderen hebben het dan goed, die zullen zeker niks meer te kort hebben. Je rijdt hier gewoon frontaal tegen de eerste de beste vrachtwagen en al je zorgen zijn definitief voorbij, of nee, kijk, hier staan dikke bomen langs de weg. Een beetje snelheid en een heel klein rukje aan uw stuur en het is allemaal vergeten. Allee, wat had dat leven voor u de laatste tijd nog voor zin? Je had haast niks anders dan ruzie met uw vrouw en je sloeg haar bijna dagelijks? Kijk maar eens achter u, dan zie je niks dan pure ellende en miserie, kompleet gevuld met totale onenigheden, om maar niet te spreken over een onredelijke vrouw die u toch altijd verkeerd begrijpt? Je hebt vele schulden, en door die vrouw van u hebt ge geen enkele echte vriend meer….en nu ? Nu hebt ge nog één grote vijand erbij ? En wat staat er u nu nog allemaal te wachten? Over je ziekte van vroeger en de kans op te hervallen zal ik maar beter zwijgen zeker? Die kan binnenkort immers ook terugkomen. En die opvoeding van u van vroeger, die was toch ook niet om over naar huis te schrijven hé? Moet ik nog verder vertellen?"

   "Och God, wat schiet er nu alweer door mij hoofd?" dacht ik. Maar die stem ging verder: "Een God? Gij vangt ze zeker? Kom nu, dat is toch een sprookje? Daar geloof jezelf toch niet meer in? Hoe oud ben je eigenlijk? Als die bestond dan had die u toch al lang geholpen zeker? Hoeveel keer heb je het weesgegroetje niet gebeden? De akte van hoop of van geloof. En het onze vader? Nee jong, dat kunt ge ook vergeten! Kom op, één klein rukje en alle leed is voorbij?"
"Nee mijn kinderen!"
"Je kinderen? Wel die zullen wel een veel betere papa vinden. Enne, zijt nu eens heel eerlijk? Eentje zoals jij die kunnen ze toch overal krijgen?"

Een man

   Doch ik kon mijn kinderen dat niet aandoen, en dodelijk overstuur en verschrikt reed ik verder. Die nacht lag ik in bed stil te huilen en bad en smeekte om hulp van God in wie ik haast niet meer geloofde. Maar ik zei toch in dat gebed: "Lieve God, Jezus, als je werkelijk bestaat, helpt mij dan, want ik sta op het punt om er een einde aan te maken, ik kan zo niet verder. Ook weet ik niet waarom ik dingen doe die ik niet wil. Alstublieft, als je er bent bid ik, ja, smeek ik om hulp van u! En Heer, jij hebt er vroeger voor gezorgd dat ik kinderen kan verwekken door die dokter heen. En ik heb aan u beloofd dat ik deze zou opvoeden in het geloof dat er een God bestaat, maar hoe kan ik dat als ik zelf geen geloof meer heb? Help mij toch daarmee?
Maar ik weet het, Heer, ik heb er een zooitje van gemaakt. Omdat ze mij zoveel hebben wijsgemaakt over allerlei sprookjes, sagen en legenden, zodat ik ook gedacht heb, dat wat ze van u zeiden, dat dit misschien ook wel een sprookje zal geweest zijn. Doch Heer, als u er werkelijk bent, alstublieft verander jij dan mijn leven en neem het tot u, leef jij uw leven in dat van mij. Want ik heb het wel gezien, ik kan het niet. Ik geef het op. Dank u vader God. Amen."

   Ik begreep het toen niet, maar ik had die nacht sinds zeer lange tijd wel een heerlijke nachtrust. De avond erop kwam er een man bij ons aan de deur die ik nog kende van in de tijd dat ik in Hasselt woonde. Hij zei: "Florent, ik heb een mooie prachtige unieke parel, net een zoals jij bent, en die geef ik nooit meer weg. Die is en blijft van mij."
"Nee?" Antwoordde ik hem vol onnozel ongeloof. "Laat mij die dan eens zien?"
"Sorry, dat kan ik niet doen want anders ben ik hem kwijt, en ze mogen mij alles afpakken maar die geef ik niet weg nog niet voor al het goud van de wereld." Ik dacht: "Een parel net zoals ik?" Maar op mijn vraag: "Waarom niet?" legde hij me uit wat hij met deze parel eigenlijk bedoelde.

   Terwijl hij erover sprak was het net alsof er meer geloof in mijn hart kwam, het brandde bij mij en ik vroeg aan mijn vrouw: "Misschien is het dat wat ik nodig heb?" De nacht die erop volgde liet die uitspraak van een parel mij niet meer met rust.

   De ochtend daarop stond ik, haast naar gewoonte, weeral kwaad op en zei tegen mijn vrouw: " Als ik die kerel tegenkom? Mensenlief, die ga ik het eens inpeperen. Als ik hem zie kieperde ik hem in het kanaal! Ha, die had ervoor gezorgd dat ik niet slapen kon! Dat die wacht… Die gaat wat meemaken, ik stroop hem zijn vel over zijn oren. Schat waar woont die? Heeft die zijn adres nagelaten?"
"Ik denk dat die over het kanaal woont. Waarom?" was haar antwoord.
"Waar? Mag ik er eens naar toe gaan?"
Mijn vrouw was van mijn vraag geschrokken en antwoordde: "Gank, doe wat ge niet laten kunt hé, anders vraag je mij toch ook niks?" Dat was waar, maar haar wijze van antwoorden ergerde mij toen nog meer. Daarop wou ik haar een mep verkopen, maar kon dit niet.

Een vrouw

   Ik sloeg de deur achter mij dicht en stormde de wagen in en reed recht naar die man. Die 'parel' was niet thuis, maar er was wel iemand anders, een vrouw! "Jawatte. Alweer zo een manipulerend geval, moet dat nu?" dacht ik.

   Ik was grootgebracht door een moeder die mij steeds neerdrukkend had bewerkt, om met medewerking van een ingebeelde hartkwaal alles van mij gedaan te krijgen. En wat haar 25 jaar is gelukt. Daardoor was ik bij verschillende psychologen in behandeling geweest. Maar ondertussen kon ik nog steeds niet begrijpen waarom ik mijn vrouw zo behandelde, dat hield maar niet op! Ik dacht toentertijd ook wel heel vaak eraan om mezelf maar te doden.

   Ik heb die vrouw heel boos eens goed mijn mening gezegd over die gast die bij haar woonde. Maar hoe lelijk ik ook tegen haar deed, heel erg lelijk, hoe liever en vriendelijker zij werd en bleef. Dat viel mij op. Nadat ze mij iets te drinken gaf en daarna mij ook nog een stuk vlaai aanbood, was ik kompleet als vastgenageld.

   Toen vroeg ze mij of ik in God geloofde. Op mijn antwoord dat ik dat niet met zekerheid wist maar het wel hoopte, begon ze mij daadwerkelijk het evangelie van Jezus Christus uit te leggen… ook al was het tegen mijn zin. Toen heb ik al mijn vragen op haar afgevuurd in verband met de wereldproblemen (De Bom), incest, bedrog, onreinheid, losbandigheid en leugens, dus alles en vooral over hetgeen waar ik mee te kampen had. Alsook de brutaliteiten die ik tegenover mijn vrouw deed en die ik niet begreep.

   Ik stelde haar deze vraag: " Hoe is het in godsnaam mogelijk dat je tegen je vrouw kunt zeggen, en ook werkelijk doet, dat je van haar houd, en dat je bij het minste wat ze verkeerd doet en zegt er maar op los slaat ? Dat kan toch niet? En ik weet het zeker, want ik kan haar geen ogenblik missen! Ik hou werkelijk van haar, zij is mijn alles."
Haar antwoord: "Florent, hoe kun je nu zeggen dat je van haar houd als je niet van uzelf houdt? Integendeel jij haat uzelf! En doordat uw eigen hart zo slecht is kan er niets goeds uitkomen. En die haat die in uw hart vastzit, die haat weerspiegel je op haar. Hetgeen in uw eigen hart zit, dat komt eruit, jongen. Maar als jij Jezus de Zoon van God in uw leven aanneemt, geeft hij u een nieuw hart. Een rein en oprecht liefdevol hart, wat zuiver is gewassen in Zijn bloed. En dan, geloof mij, dan kan je het niet meer doen, geloof mij."

   Zo kreeg ik op al mijn vragen een eerlijk oprecht antwoord. O ja, sommige antwoorden bevielen mij niet dadelijk, maar ik wist dat ze de waarheid inhielden. Naderhand vroeg die vrouw mij: "Mag ik eens met je bidden ? En wil jij het offer van Jezus voor uzelf aanvaarden, mijn jongen? Want het is juist daarom, omdat Hij van u zoveel houdt dat Hij ook voor u naar het kruis is gegaan, om in uw plaats en voor uw zonden te sterven. En om u zo terug in het reine te stellen met Zijn Vader, met God dus."

   "Ik denk dat het geen nut heeft," antwoordde ik haar, "ik ben zo een zondige mens geweest in het verleden." Alles wat ik gedaan had zei ik tegen haar, ik hield niets meer verborgen, zelfs niet de gruwelijkste dingen. Want ik besefte toen pas goed dat ik zelfs maar met één slag, zonder de genade van God, de dood van mijn vrouw veroorzaakt kon hebben. En ik ben toch verloren, ik kan me inderdaad beter ergens… "
De vrouw schrok en zei: "Nee, dat mag je niet doen, ik breng u in de Naam van Jezus bij God en dan zal je het merken dat Hij enorm veel van u houdt. Je moet mij gewoon met je eigen woorden en met je hart nazeggen. Meer niet… Kom nu stel het toch niet uit ? Hij wacht al zolang op u!"

   "Nu goed dan, baat het niet, schaadt het ook niet," dacht ik en ging met haar een zaal van samenkomst in. Ik ging vooraan staan en zei: "Als ik dan toch echt voor God sta, wel dan wil ik ook voor Hem neerknielen." En gelijk zakte ik door mijn benen op de grond. Die vrouw (en ik) had de woorden nog niet uitgesproken van "Vader, ik kom tot U in de naam van Uw Zoon Jezus Christus" of het was net of er een glazen stolp over mij heen werd gezet. Gelijk begon ik te wenen als een baby die grote honger had. Maar gelijk wist ik ook met grote zekerheid dat ik voor de troon van God stond. Al mijn daden werden voor mij opengespreid en voor elke ongerechtigheid (zonde) vroeg ik via de mond van deze vrouw om vergeving aan God. En telkens was de vraag daar: " Vader, reinig mij met het bloed van Uw Zoon dat Hij voor mij vergoten heeft aan het kruis."

   Toen ik de stellige zekerheid in mijn hart had ontvangen dat ik vergeving ontvangen had, hoorde ik heel duidelijk de stem in mijn hart weerklinken: "Nu is weggenomen al uw ongerechtigheid, nu heb Ik in u Mijn welbehagen, jij bent Mijn kind. Ga nu en zondig niet meer…"

   Na een tijdje stond ik op en voelde mij licht als een veertje. Alles, mijn verleden, was weg. Ik straalde en was door het dolle heen, zo blij was ik. Wie had dit nu durven te hopen?

   Terecht zegt Vader God in Zijn Woord: "Mijn volk gaat te gronde door gebrek aan kennis, ze eren mij met hun lippen maar hun hart is verre van Mij!"

   Ik dankte die vrouw duizend maal en reed totaal veranderd naar huis terug. Dwars door de rode lichten aan dat drukke kruispunt. Ik had het niet opgemerkt en kon dood geweest zijn, maar God beschermde mij en anderen. Het was een wonder, het eerste van een reeks van zeer velen die daarop nog zouden volgen.

   Toen ik thuiskwam, knielde ik voor mijn vrouw die aan de oude pompbak stond. Ze was verbaasd. Ik vroeg haar om vergeving en beloofde haar werkelijke verandering, want nu had ik zekerheid.

   Ik kocht mij een bijbel en vond alles terug wat die vrouw mij uitgelegd had. "Het is waar!" riep ik, "Jezus Christus leeft! Hij leeft en wel nu in mij! Ik heb dankzij Zijn offer het eeuwige leven!" Van toen af aan kon ik niet meer zwijgen, want iedereen moest het weten.

Wat we nodig hebben

   Dit is mijn getuigenis over wat Jezus met Zijn liefde in mijn leven gedaan heeft. Want Hij was het die met Zijn liefde mijn gewelddadigheid veranderde in Ware liefde voor mijn naaste. Beste mensen, aan mij heeft Jezus Christus een nieuw leven gegeven. Ook al was ik dat volgens mij zeker niet waard, maar Hij vond van wel. En geloof mij, als Hij mij kan veranderen - en dat heeft Hij gedaan - dan kan Hij dat ook met gelijk wie. Want alles wat in de wereld gebeurt, allerlei ongerechtigheden, onreinheden, bedrog, en alles wat er verder nog in de bijbel staat opgeschreven, dat deed ik. Maar van toen af was ik vrij, heerlijk vrij! Ik kon eindelijk echt vrij en mezelf zijn, ik moest niets meer. Ik kon het laten voor wat het waard was, dus voor afval, vuiligheid. Ik was eindelijk vrijgemaakt! Vrij om Zijn (Jezus) wil te doen. Had ik ruzie, dan kon ik kiezen voor ja of voor neen, ook moest ik mezelf niet meer bewijzen als man, ik moest niet meer slaan, en vanaf dat moment had ik echte zelfbeheersing!

   Het enige wat een mens moet doen is willen en zijn hart openzetten voor het offer van Gods enige Zoon, en Zijn genade aanvaarden. Je zult het met uzelf nog moeilijk genoeg hebben, maar bedenk dan, dat Hij u nabij staat, u moet het niet meer alleen doen. En nooit zal Hij een werk waar Hij aan begonnen is onafgewerkt laten liggen.

   God is Liefde, geen wereldse liefde die alleen aan genot denkt, maar puur echte onbaatzuchtige Liefde met een grote L. Want Hij, God zelf, is Liefde! En Hij kan alleen werken vanuit zijn eigen liefdevolle vaderhart. Dankzij Jezus Christus heb ik een nieuwe toekomst, een nieuw leven en een nieuwe liefde die alle verstand te boven gaat, die ik door kan geven aan mijn vrouw en kinderen. Tevens heb ik het eeuwige leven mogen ontvangen, waarvan ik nu al een tipje mag zien van wat en hoe het later gaat worden na dit aardse leven. En dat heb ik alleen ontvangen voor niets, alleen uit pure Genade, alleen moest daarvoor het reine onbevlekte heilige bloed van Gods Zoon vloeien.

   Jezus gaf aan het kruis Zijn leven gaf uit liefde voor ons! God wilde ons niet zo laten aanmodderen, omdat Hij zo zielsveel van ons hield. Hij wilde ons een tweede kans geven. Hij heeft er geen behagen in heeft dat zelfs maar één ziel zou verloren gaan. Ja, Hij begeert onze ziel met jaloersheid. Het is ook Zijn eigendom, deze ziel die wij van Hem ontvangen hebben toen wij leven kregen in de buik van onze moeder. Want staat er niet in Zijn liefdesbrief (Zijn Woord, de Bijbel) die aan ons geschreven is vanuit Zijn liefdevol Vaderhart:

"Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft."

En ook:

"Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen van God te worden, hun die in zijn naam geloven; die niet uit bloed, noch uit de wil van het vlees, noch uit de wil van een man, doch uit God geboren zijn."

Aan God alle eer en aanbidding tot in alle eeuwigheid!

Florent Waesberghe, 2003

© Keerpunt, 2004. Ingezonden getuigenis bewerkt door Kees Langeveld. De naam "Florent Waesberghe" is gefingeerd omwille van privacy. Foto: Hemera Photo Objects.


Wilt u naar aanleiding van dit verhaal reageren naar Keerpunt of wilt u weten hoe ook u kunt veranderen? Stuur een e-mail naar Keerpunt:

Mail ons

U kunt een e-mail naar de persoon uit het verhaal sturen. Vermeld dan als onderwerp 'Reactie op je verhaal op Keerpunt'  en gebruik het volgende e-mailadres:

  F l o r e n t W a e s b e r g h e @ k e e r p u n t . n e t


Lijn ter afscheiding

Home

Klik voor homepage Keerpunt

Verhalen van mensen die veranderden