Inge: “Ik ben waardevol in Gods ogen!”

Haar eigenwaarde werd bepaald door wat anderen van haar vonden. Haar onzekerheid compenseerde ze door in alles erg perfectionistisch te zijn. Falen, afwijzing en pijn leidden ertoe dat ze eetstoornissen kreeg: anorexia en boulimia nervosa. Van haar vijftiende tot haar drieëntwintigste draaide haar leven om afvallen, aankomen, eetbuien en calorieën tellen. Na diverse therapieën en uiteindelijk een opname bij De Hoop, heeft Inge nu weer een normaal eetpatroon. Achteraf ziet ze in hoe haar eetproblemen ontstaan zijn.

lijn_keerpunt.gif (1634 bytes)

IngeInge (24) groeit op in het Groningse Sauwerd. Als oudste van elf kinderen zorgt ze al vroeg voor haar broertjes en zusjes. Er zijn altijd kleine kinderen thuis. Haar ouders hebben een goed huwelijk en runnen samen het gezin. “De sfeer bij ons thuis was gezond. We maakten weinig ruzie.” Toch is Inges jeugd niet heel gelukkig. Op school wordt ze gepest. “Ik was hier erg gevoelig voor. Het maakte me erg onzeker en ik ontwikkelde geen eigenwaarde.” Na de basisschool komt Inge eerst op de havo terecht. Na een jaar verlaat ze de havo en begint op het vbo. Op beide scholen gaat het pesten door.

Afgewezen

Vanaf haar twaalfde heeft Inge een vriendje, aan wie ze zich erg optrekt: “Hij vond me wél aardig, voor hem was ik wél de moeite waard!” Voor Inge betekent het meer dan een relatie: het is een vlucht. “Ik droomde van geluk, van ‘huisje, boompje, beestje’. In mijn dromen sloot ik me af voor mijn pijn en onzekerheid.” Inge is net vijftien als ze merkt dat haar vriendje niets meer voor haar voelt. Hij wordt zelfs verliefd op een ander meisje. Haar droom stort in. “Op dat moment knapte er iets in me. Ik voelde me totaal afgewezen. Er ontstond een pijn die zo sterk was dat ik er niet mee kon leven. Ik moest iets doen!”

Afvallen

“Ik was altijd een stevige meid, maar niet dik. ‘Hollands welvaren’ noemden ze me.” Daar moet verandering in komen. Ze besluit af te vallen. “Als ik slank ben, word ik misschien geaccepteerd,” denkt ze. Inge is een perfectionist. Ze wil geen half werk leveren. Het afvallen pakt ze dan ook grondig aan. Ze stopt met eten en valt in één maand tijd tien kilo af. Eerst heeft dit het gewenste effect. “Ik kreeg complimentjes van klasgenootjes, ik had het voor elkaar, dacht ik.” Maar het afvallen wordt een obsessie. In totaal valt Inge ruim zeventien kilo af. Lichamelijk gaat het slecht. Haar menstruatie stopt en ze vermagert zo sterk dat ze het altijd koud heeft. Ze slaapt met vier truien en drie broeken aan.

Aankomen

Inges ouders krijgen door dat er iets aan de hand is. Ze wordt meegenomen naar de dokter. “De dokter vertelde me dat ik anorexia nervosa had. Ook zei hij dat ik, wanneer ik niet méér zou gaat eten, naar een psychiater zou moeten. Dat vooruitzicht vond ik zo eng, dat ik van de ene op de andere dag besloot om weer te eten.” Maar haar lichaam, dat lange tijd ondervoed is geweest, zendt geen normale signalen meer af. Het kent geen honger en verzadigingsgevoel meer. Daarnaast weet Inge niet meer hoe een normaal eetpatroon eruit ziet. “Om aan te komen begon ik als een gek te eten. Ik sloeg volledig door.” De obsessie voor afvallen verandert in een obsessie om aan te komen. Ze heeft eetbuien, wel vijf per dag.

Als ze ontdekt hoe snel ze aankomt, geeft ze na elke eetbui over. Ze krijgt last van haar darmen, verschrikkelijke buikpijn en is vaak duizelig. Eindelijk zoekt ze hulp. Een gedragstherapeut vertelt haar dat ze boulimia nervosa heeft en probeert haar te helpen. Maar met haar zestien jaar heeft Inge niet goed door wat er precies met haar aan de hand was. Toch beseft ze dat ze behoorlijk ziek is.

Huilen

Op haar achttiende verlaat Inge haar ouderlijk huis en gaat aan de andere kant van het land wonen. Ze begint met de opleiding verpleegkunde maar stopt daar al snel weer mee. Vervolgens gaat ze werken als activiteitenbegeleidster. Na een half jaar verhuist ze terug naar het noorden. Ze krijgt een baan als activiteitenbegeleidster in een bejaardentehuis. Deze baan moet ze na een jaar helaas weer afstaan en bij haar nieuwe baan komt ze na twee maanden in de ziektewet terecht. “Lichamelijk ging het steeds slechter. Ik zocht weer hulp en kwam terecht bij een therapeute. Die gaf me veel inzicht in mijn problematiek.”

Inge stopt geleidelijk met de eetbuien en begint pijn te voelen. Inge: “Opeens kon ik huilen. Heel hard. Ik had jarenlang niet gehuild. Ik voelde me net een kind. Soms huilde ik zonder te weten waarom. Ik had zoveel pijn in me, dat kwam er allemaal uit. Soms huilde ik een hele dag lang.” Inge ontdekt dat ze, door veel met eten bezig te zijn, haar gevoelens uitschakelde. De controle over haar gevoelens was haar veiligheid. Alle angst, pijn en afwijzing die ze had ervaren in haar leven, had ze vanaf haar vijftiende weggestopt.

Nieuwe obsessie

Nu ze de achtergronden van haar probleem weet, heeft Inge de eetbuien en het overgeven niet meer nodig. Maar hoe moet ze nu normaal gaan eten? Ze begint uit te rekenen wat ze aan calorieën nodig had. En dit wordt haar nieuwe obsessie. “Ik wist alles over calorieën en hield me keurig aan mijn eigen voorschriften,” zegt ze. Inge voelt zich er eerst gelukkig bij en kan er goed mee leven. Toch komt ze hierdoor in een isolement. “Ik was zo gefixeerd op het aantal calorieën dat ik bijvoorbeeld al in paniek raakte bij het idee om bij iemand te gaan eten.”

De Hoop is een centrum
voor verslavingszorg en
hulpverlening in Dordrecht.

(Redactie Keerpunt)

Inge gaat weer werken en denkt dat ze moet leren leven met deze nieuwe obsessie. Maar ze loopt weer vast in het werk en neemt vervolgens zelf ontslag, zó bang is ze om weer te falen. Inge gaat weer op zoek naar hulp en komt in contact met De Hoop. Ze doet intake en komt op de wachtlijst terecht.

Rust bij God

In deze periode begint Inge te zoeken naar God. “Ik kende Hem wel, maar meer alleen met mijn verstand. Mijn geloof was vooral gebaseerd op ‘moeten’. Ik dacht dat ik alles perfect moest doen voor God. Dat God van mij hield, wist ik. Maar ik voelde het niet.”

Inge leest in de Bijbel en komt erachter dat God een God van liefde is. Dat Hij van haar houdt en dat ze mag zijn wie ze is. Ze hoeft zichzelf niet te bewijzen. “Ik ging op mijn knieën en bad: ‘Heer, help mij! Ik heb het zo hard geprobeerd, maar ik kan het niet zelf, ik heb U nodig! Ik geloof dat U mijn leven kan veranderen, hier ben ik!’. Vanaf dat moment kreeg ik een diepere relatie met God en besefte ik dat ik ook los moest komen van mijn obsessie met calorieën. Ik wilde niet meer óverleven, ik wilde leven!” Inge legt haar zorgen neer bij God en leert de ‘veiligheid’ van het gevoelloos zijn uit handen te geven. Ze leert de controle over haar leven aan God te geven. Ze leert dat ze waardevol is voor God en dat dit belangrijker is dan wat anderen van haar vinden.

De Hoop

Na een half jaar wordt Inge opgenomen bij De Hoop. “Ik was al veel minder bezig met eten, maar ik wist dat het er nog wel zat, in mijn hoofd. Ik moest leren om bepaalde gedachten heel bewust los te laten. ‘Ik heb het niet nodig! God heb ik nodig!’, bleef ik telkens tegen mijzelf zeggen.” Bij De Hoop komt Inge in een groepssetting terecht. Hier merkt ze dat gedrag dat ze zelf heel normaal vindt, door anderen niet altijd normaal wordt gevonden. Zo moet ze onder andere leren niet alleen te geven maar ook te ontvangen. Inge: “Als je alleen geeft, loop je uiteindelijk leeg. Je moet ook zelf je tank vullen door te ontvangen.”

Inge heeft ook een sterk verantwoordelijkheidsgevoel omdat ze gewend is om te zorgen voor haar broertjes en zusjes. Die verantwoordelijkheidsgevoelens heeft ze ook in de groep en dat moet ze loslaten. “Dat loslaten vond ik eng. Het ‘er zijn voor anderen’ was een wapen van me geworden.”

IngeTijdens haar opname bij De Hoop leert Inge zichzelf te accepteren. En ze leert Gods liefde te voelen. Hierdoor gaat ze zichzelf meer waarderen en kan ze al die dingen loslaten die ze had opgebouwd om er te mogen zijn. “Tijdens mijn behandeling ging ik werken bij De Hoop Music & Books en later bij de afdeling Vriendenkring en Fondswerving. In het werk kon ik goed aan mijn behandelpunten werken. Ik leerde om minder perfectionistisch te zijn en om mijn grenzen aan te geven. Maar het belangrijkste dat ik er leerde, was dat ik mocht leren, dat ik niet alles hoefde te kunnen.”

De volgende stap in de behandeling van Inge is het project Begeleid Kamer Wonen. Ze krijgt een kamer in het centrum van Dordrecht en kan werk gaan zoeken buiten De Hoop. In oktober 2003 komt Inge terecht bij Pipo’s, een hobbywinkel. Daar willen ze haar de mogelijkheid geven verder te leren en haar helpen te reïntegreren in de maatschappij.

Toekomst

Inge hoopt op een vast contract bij Pipo’s en is bezig met het zoeken naar een eigen huisje. Daarnaast hoopt ze gezond te blijven en wat te kunnen betekenen voor mensen. “Ik wil blijven genieten van de natuur en van gewone dingen: sporten, af en toe een film kijken, spelletjes doen.” Dat Inge van haar eetstoornis af is, betekent niet dat ze er al is. “Acht jaar van eetproblemen is niet zomaar verdwenen. Ik moet blijven kiezen.” Inge is nu nog erg bezig met het leren eten op gevoel, in plaats van met haar verstand. Haar toekomst laat ze aan God over. “Hij weet nu al hoe mijn toekomst eruit ziet”

Tekst: Harm Noordhof, 2004.

© Keerpunt, 2004. Gepubliceerd met toestemming van De Hoop.


Wilt u naar aanleiding van dit verhaal reageren naar Keerpunt of wilt u weten hoe ook u kunt veranderen? Stuur een e-mail naar Keerpunt:

Mail ons

Voor geestelijke hulp bij anorexia of boulimia verwijzen wij door de naar De Hoop


Lijn ter afscheiding

Home

Klik voor homepage Keerpunt

Verhalen van mensen die veranderden